Als beginnend belegger kom je al snel in aanraking met aandelen en ETF’s. Zodra je als belegger hier een beetje wegwijs in bent, zul je merken dat er nog talloze alternatieve financiële producten zijn. Zo zijn er hedendaags veel aanbieders van hefboomproducten zoals, CFD’s , turbo’s en sprinters.
Naast eerder genoemde producten zijn er ook nog opties. Een categorie die overwegend als erg ingewikkeld en risicovol wordt gezien. Dit is deels terecht, maar deels ook niet. Indien je weet hoe opties werken en hoe je deze moet gebruiken, kunnen deze een interessante toevoeging zijn aan je gereedschapskist als belegger.
Wat is een optie?
Een optie is een contract waarin twee partijen iets met elkaar afspreken. De afspraak is dat er iets gekocht of verkocht wordt in de toekomst voor een vooraf bepaalde prijs. Je koopt dus het recht om iets te kopen of te verkopen. Hierin zijn twee mogelijkheden:
Calloptie: Hiermee koop je het recht om iets te kopen voor een bepaalde prijs in de toekomst.
Putoptie: Hiermee koop je het recht om iets te verkopen voor een bepaalde prijs in de toekomst.
Een leuk feitje is dat de optie al redelijk lang onderdeel is van de moderne geschiedenis. Het gebruiken van opties komt voort uit het feit dat oogsten van boeren het ene seizoen beter waren dan het andere. Door van te voren prijsafspraken te maken werd er meer zekerheid gecreëerd in het bedrijf, maar ook voor afnemers. Kortom, een win-win situatie voor beide partijen.
Waar is de prijs van een optie op gebaseerd?
Om te begrijpen hoe een prijs van een optie tot stand komt is het belangrijk om te weten uit welke onderdelen deze bestaat.
Premie
Voor een optie betaal je een premie. Deze premie wordt beïnvloed door vraag en aanbod. Grote vraag resulteert in hogere koersen, een groot aanbod in een drukkend effect op de prijs. Bovendien kunnen de uitoefenprijs en looptijd invloed hebben op de hoogte van de premie.
Uitoefenprijs
Dan is er de uitoefenprijs. Dit gaat om de prijs waarvoor daadwerkelijk kan worden gekocht of verkocht. Stel je hebt een aandeel Shell dat nu 11,50 euro noteert. Een uitoefenprijs kan in dit geval bijvoorbeeld 12 euro zijn. De calloptie met een uitoefenprijs van 12 euro zal waarschijnlijk goedkoper zijn dan een calloptie met een uitoefenprijs van 20 euro. De waarschijnlijkheid dat de koers van 12 euro wordt behaald is immers aanzienlijk groter.
Looptijd
Vervolgens is er de looptijd van de optie. Voortbordurend op de 12,- en 20,- voor Shell koppelen we er nu een looptijd aan. De calloptie met een uitoefenprijs van 20,- euro loopt volgende week af en de calloptie van 12,- euro over 3 maanden. De kans dat het aandeel binnen een week op 20,- euro staat is nihil, of terwijl de premie wordt nog duurder. De looptijd vergroot of verkleind de kans dat een bepaalde uitoefenprijs wordt behaald en beïnvloed dus zo de premie.
Intrinsieke waarde
De intrinsieke waarde heeft te maken met de prijs die de optie waard is ten aanzien van de koers van de onderliggende waarde. Als het aandeel Shell 11,50 euro noteert en een putoptie staat op 13,- euro dan is de intrinsieke waarde 1,50 euro. Want als de optie direct wordt uitgevoerd kun je de aandelen direct voor 13,- euro verzilveren. De optie zal dus dus absoluut niet onder de 1,50 euro verkocht.
Volatiliteit
Dan is er nog de volatiliteit van een aandeel. Een hogere volatiliteit is een hogere prijs. De verkoper heeft namelijk met een groter risico te maken omdat het aandeel mogelijk snel bij de uitoefenprijs in de buurt komt.
Rente
Tot slot is er de rente. Met een hogere rente kan de verkopende partij ook elders zijn geld stallen waar hij geld mee kan verdienen. Hiervoor wil men simpelweg gecompenseerd worden. Ook dit zit in de prijs van de optie verwerkt.
