Het aantal mensen dat actief is in indexbeleggen is de laatste jaren explosief gestegen. Maar waarom deze populariteit?
Dit heeft er mee te maken dat indexbeleggen, dat via ETF’s (exchange traded funds) kan worden gedaan, vele voordelen heeft ten opzichte van alternatieven. Via deze instrumenten kun je een gewenste index volgen, bijvoorbeeld de AEX, de DAX of de NASDAQ-100. Het aanschaffen van alle individuele aandelen is hierdoor niet nodig.
In dit artikel vind je 4 belangrijke voordelen van indexbeleggen.
Kosten
Het eerste belangrijke voordeel zijn de kosten. Veel huisfondsen van banken en verzekeraars zijn actieve beleggingsfondsen die de markt proberen te verslaan. Dit actieve beleid kost veel geld. Denk hierbij aan de kosten van fondsmanagers, het inkopen van onderzoeken en de extra transactiekosten voorvloeiend uit dit actieve beleid. Ook wanneer je zelf actief belegd, maak je al snel meer transactiekosten dan je denkt. Dit alles gaat onvermijdelijk ten koste van het rendement. De kosten moeten immers eerst worden terugverdiend.
Door indexbeleggen vermijd je veel van deze kosten. Je handelt slechts beperkt, omdat je geen losse aandelen hoeft te kopen. Met één druk op de knop koop je vaak wel 20 of 30 aandelen ineens!
Rendement
Ook het rendement is voor veel mensen een belangrijke reden om voor indexbeleggen te kiezen. De fondsmanager van actief beheerde fondsen probeert de markt te verslaan door op het juiste moment koop- of verkooptransacties te doen. Maar de beurs blijkt eigenlijk helemaal niet zo goed te voorspellen. En dat zien we terug in de resultaten van actieve fondsen ten opzichte van de index. Over een periode van 10 jaar haalt zo’n 80% van de actieve fondsen een lager rendement dan de index.
Kijken we naar een langere periode, bijvoorbeeld 30 jaar, dan behaalt bijna geen enkel actief fonds een hoger rendement dan de index.
Risico
Maar hoe zit het met het beleggingsrisico? Een indexfonds volgt een bepaalde index, dus ook als de koers daalt. Jij of een fondsbeheerder zou door op de juiste momenten in- of uit bepaalde beleggingen te stappen het risico voor jezelf kunnen beperken.
Deze stelling is op zich juist. Hiervoor dient echter wel het juiste moment bepaald te worden. De beurs is moeilijk te voorspellen en timing blijkt voor veel beleggers vaak lastig. Uitstappen gebeurt vaak pas nadat een koersdaling is ingezet. Een deel van de daling is hierdoor al voor je rekening. Opnieuw instappen gebeurt vaak nadat een stijging van de markt al is ingezet. Het eerste deel van het koersherstel mis je daardoor. Met een verkeerde timing kun je bij een fluctuerende koers dus tweemaal verliezen.
Meer tijd, minder risico
Eén van de belangrijkste factoren bij het bepalen van je beleggingsrisico is de zogenaamde beleggingshorizon. Met andere woorden: Hoelang kan je vermogen geïnvesteerd blijven? Heb je het vermogen pas over 20 jaar nodig? In dat geval zijn koersschommelingen eerder een kans dan een bedreiging. Je hebt na een dalende markt namelijk voldoende tijd om het herstel af te wachten.
Heb je op korte termijn geld nodig? In dat geval kan beleggen risicovol zijn. Ook een bepaalde index kan soms flink dalen. Denk bijvoorbeeld aan de kredietcrisis in 2008 of de crash als gevolg van de coronapandemie!